Programmastatuut van Rick FM

29 april 2024

Programmastatuut 2024


Doelstelling Stichting Radio RIK Uithoorn


Artikel 1.
Stichting Radio RIK Uithoorn stelt zich uitsluitend, althans hoofdzakelijk, ten doel omroepprogramma’s te verzorgendat in zodanige mate is gericht op de behoefte vande in de gemeente Uithoorn levende maatschappelijk, culturele, godsdienstige en geestelijke wensen, dat de stichting geacht kanworden van algemeen nut te zijn.

Beginselverklaring

Artikel 2.
1. De uitgangspunten die betrekking hebben op het samenstellen van de omroepprogramma’s van de Stichting Radio RIK Uithoorn, zijn neergelegd in de algemene statutenen in het door de programmaraad vastgestelde programmabeleid, alsmede in de hieruit voortvloeiende regelingen. De hoofdredacteur en de programmamedewerkers zijn hieraan gebonden. Al deze stukken worden geacht bij de medewerkers bekend te zijn. Statuten, programmabeleid en regelingen kunnen worden gewijzigd, zoals bepaald in artikel 15 van de algemene statuten en met inachtneming van de regels, zoals deze in dit programmastatuut zijn
beschreven.

2. Dit programmastatuut beoogt de programmamedewerkers waarborgen te geven voor het
onafhankelijk uitoefenen van de hieruit voortvloeiende taken, zonder rechtstreekse beïnvloeding doorie dan ook, noch van buitenaf, noch van binnenuit, anders dan op de wijze als in dit programmastatuut wordt geregeld.

3. Op grond van deze onafhankelijke taakuitoefening gaan de programmamedewerkers bij de
samenstelling van programma-onderdelen:

• Zonder vooroordelen te werk;
• Geven de gelegenheid tot hoor en wederhoor;
• Betrachte nzorgvuldige verificatie;
• Weren verkapte reclame;
• Brengen een zo herkenbaarmogelijk onderscheid aan tussen feitelijke gegevens en de interpretatie daarvan of het commentaar daarop;
• Laten tot de programma-onderdelen toe wat informatief en opinievormend is;
• Stellen zich terughoudend op tegenover sponsor-activiteiten;
• Verrichten geen nevenactiviteiten die met hun onafhankelijke taakuitvoering strijdig kunnen zijn.

 Bevoegdheden en onderlinge verhoudingen
 
 Definities

Artikel 3.
Dit statuut verstaat onder:

Directeur :  Degene aan wie de bevoegdheid tot het nemen van financiële beslissigen is gedelegeerd, ook gaat hij over het aannemen van programmamedewerkers.

Hoofdredacteur: Degene aan wie de samenstelling van het omroepprogramma van de Stichting Radio Rik Uithoorn is gelegeerd. De hoofdredacteur is tevens belast met de leiding van de programastaf.   
          
Eindredacteur:  Degene die belast is met de coördinatie van de werkzaamheden op de desbetreffende afdeling. Hij geeft tevens leiding aan de op de afdeling werkzame programmamedewerkers.
                    
Programmamedewerkers: De medewerkers van de Stichting Radio Rik Uithoorn, die belast zijn met de  werkzaamheden in het kader van de samenstelling van het omroepprogramma, voor zover zij een medewerkersovereenkomst hebben afgesloten. 

Programmastaf:  Een aantal door het bestuur te bepalen eindredacteuren, onder wie de hoofdredacteur.

Programmaraad:  Alle afgevaardigden van de in Uithoorn voorkomende op maatschappelijke, cultureel, godsdienstig en geestelijk gebied, inclusief een vertegenwoordiger van de Stichting Radio RIK Uithoorn.

Redactieraad: De gezamelijke eindredacteuren. 

Voorzitter: Henk de Vries
Secretaris: Trudy Hogenboom
Penningmeester: André Fail                    

Directeur: Kees Hoogervorst
Hoofdredacteur: Marco Koeleman
Eindredacteur: Jan Tilburgs

Zie voor de hele redactie, deze pagina

Artikel 4.
De Stichting Radio RIK Uithoorn is verantwoordelijk voor de vorm en de inhoud van hetgeen in haar zendtijd wordt uitgezonden, zowel intern als tegenover derden.

De samenstelling van het omroepprogramma is gedelegeerd aan de hoofdredacteur. Namens de Stichting Radio RIK Uithoorn oefent het bestuur achteraf en met terughoudendheid toezicht uit op de naleving van statuten, programmabeleid en regelingen. 

Programmamedewerkers

Artikel 5.
Met iedere programmamedewerker wordt een medewerkersovereenkomst gesloten. Regelingen omtrent benoeming, schorsing of ontslag zijn hierin opgenomen.

Hoofdredacteur

Artikel 6.
Uitgangspunten voor het beleid bij benoeming, schorsing of ontslag van de hoofdredacteur zijn vastgesteld in artikel 12, lid 2 en 3 van de algemene statuten van de Stichting Radio RIK Uithoorn. 

Artikel 7.
1. Bij voorziening in een vacature voor de functie van hoofdredacteur wordt door het bestuur een sollicitatiecommissie ingesteld.

2. Daarin hebben zitting:

- Twee leden van de programmaraad;
- Twee leden van het bestuur, waaronder het bestuurslid belast met het personeelsbeleid;
- Één lid, aangewezen door de redactieraad.

3. Het bestuurslid, belast met het personeelsbeleid, zit de vergadering van de sollicitatiecommissie voor.

4. De sollicitatiecommissie stelt een voordracht op en dient deze, vergezeld van een verslag van haar werkzaamheden, in bij het bestuur.

5. De hoofdredacteur wordt door de programmaraad aangesteld. 

Artikel 8.
1. De hoofdredacteur kan worden ontslagen overeenkomstig artikel 12, lid 2 en 3 van de algemene statuten van de Stichting Radio Rik Uithoorn.

2. De hoofdredacteur kan uitsluitend op voordracht van het bestuur door de programmaraad worden ontslagen. Indien het ontslag op journalistieke gronden wordt verleend, dient een zodanig besluit tevoren eveneens aan overleg met de programmastaf te worden onderworpen.

3. Het bestuur kan de hoofdredacteur in de uitoefening van zijn functie voor onbepaalde tijd schorsen.  De schorsing vervalt, indien niet binnen één maand na het schorsingsbesluit het in het tweede lid van dit artikel bedoelde overleg een aanvang heeft genomen.

Programmastatuut

Artikel 9.
1. De hoofdredacteur is verantwoordelijk voor:

- De samenstelling van het omroepprogramma van de Stichting Radio RIK Uithoorn.
- De naleving van de statuten, programmabeleid en regelingen met betrekking tot het omroepprogramma;
- De uitwerking van de programma-onderdelen;
- De dagelijkse leiding over de programmastaf;
- De toewijzing van mankracht, zendtijd en budget;

2. De hoofdredacteur woont de vergaderingen van het bestuur van de Stichting Radio RIK Uithoorn bij. Hij heeft daarin een adviserende stem.

Programmastaf

Artikel 10.
1. De programmastaf bestaat uit de hoofdredacteur en een aantal door het bestuur te bepalen de eindredacteuren. De hoofdredacteur is bel st met de leiding van de programmastaf.

2. De programmastaf is verantwoordelijk voor de controle op de uitvoering van het programmabeleid

3. De programmastaf vergadert minstens éénmaal per jaar. Voorts vergadert hij telkenmale wanneer de hoofdredacteur dit wenselijk acht of wanneer tenminste éénvijfde van de leden van de programmastaf daartoe de hoofdredacteur verzoekt.

4. De oproeping tot de vergadering geschiedt door de hoofdredacteur, die tevens de vergadering voorzit en zorgdraagt voor de verslaglegging. 

Redactieraad

Artikel 11.
1. De redactieraad die bestaat uit minimaal drie personen, ondersteunt de hoofdredacteur bij de vormgeving van de uitgangspunten van het te voeren redactioneel beleid. Hij beziet in het kader daarvan onder meer:

- De coördinatie van het omroepprogramma;
- De bewaking van de interne en externecommunicatie
- Een behoorlijke technische kwaliteit van de programma-onderdelen.

2. De redactieraad kiest uit zijn midden een secretaris en een voorzitter. De voorzitter neemt bij onstentenis van de hoofdredacteur diens taken, zoals in dit programma-statuut geformuleerd, waar.

3. De redactieraad kan besluiten de hoofdredacteuren en/of vertegenwoordigers van andere geledingen binnen de Stichting Radio RIK Uithoorn aan zijn vergaderingen deel te laten nemen. Zij hebben een adviserende stem.

4. Van de vergaderingen van de redactieraad wordt tenminste een besluitenlijst opgemaakt.

5. De redactieraad kiest jaarlijks uit zijn midden een afvaardiging voor de programmastaf, zodanig dat deze in ieder gevaleen redelijk afspiegeling vormt van de diverse bij de samenstelling van het omroepprogramma betrokken geledingen van de redactieraad.

Artikel 12.
1. De programmaraad heeft tot taak:

- Het vaststellen van het programmabeleid;
- Toetsing van de in het programmabeleid verwoorde uitgangspunten;
- Het geven van adviezen, gevraagd en ongevraagd aan het bestuur;
- Het opstellen van een jaarlijkse rapportage aangaande het gevoerde en gerealiseerde programmabeleid.  

2. Het aantal leden wordt door de programmaraad, met inachtnemming van lid 3, vastgesteld.

3.De programmaraad dient zodanig te worden samengesteld, dat deze representatief is voor de in haar werkgebied voorkomende maatschappelijke, culturele,godsdienstige en geestelijke stromingen. In de proogrammaraad hebben tenminste zitting, vertegenwoordigers van de navolgende stromingen:

- Maatschappelijke zorg en welzijn;
- Cultuur en kunst;
- Etnische minderheden
- Kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag;
- Werknemers
- Werkgevers
- Onderwijs en educatie
- Sport en recreatie         


Bij reglement worden nadere regelen aangaande de samenstelling van de Programmaraad aangegeven.   

4. De programmaraad wijst uit haar midden een voorzitter en een secretaris aan. Zij kan voor elk hunner een vervanger aanwijzen.

5. De vergaderingen van de programmaraad worden bijgewoond door een vertegenwoordiger van het bestuur. Deze heeft een adviserende stem.

6. Aan elke voordracht kan een bindend karakter worden ontnomen door een met tenminste tweederde van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de programmaraad, in een vergadering waarin tenminste tweederde van de programmaraadleden vertegenwoordigd is.

7. Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de programmaraad overeenkomstig het voorgaande lid de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de programmaraad vrij in haar keuze.

8. Indien er meer dan een bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.

9. Voordrachten en benoemingen geschieden onverminderd het bepaaldein lid 3.

10. Bij het ontstaan van een of meer vacatures in de programmaraad, zullen de overblijvende programmaraadleden (of het enig overblijvende programmalid) binnen drie maanden na het ontstaan van de vacature daarin voorzien door benoeming van een of meer opvolgers.

11. Mocht in de programmaraad om welke reden dan ook een of meer leden ontbreken, dan vormen de overblijvende programmaraadleden, of vormt het enige overblijvende programmaraadlid niettemin een wettige programmaraad.

12. De leden van de programmaraad worden voor de eerste maal door het bestuur benoemd.

Artikel 13.
1. Het lidmaatschap van de programmaraad eindigt:

- Indien het lid van de programmaraad heeft opgehouden vertegenwoordiger te zijn van de stroming;
- Door te bedanken.

2. Elk lid  van de programmaraad treedt uiterlijk zes jaar na zijn benoeming af, volgens een door de programmraad op te maken rooster van aftreding.

3. De aftredende is terstond hernoembaar voor ten hoogste eenmaal de maximale benoemingstermijn.

Verhouding redactieraad, bestuur en hoofdredacteur

Artikel 14.
1. Alvorens het bestuur en/of hoofdredacteur een beslissing nemen over zaken die wezenlijk be;ang zijn voor de werkzaamheden van de programma-medewerkers, wordt de redactieraad zo tijdig mogelijk geïnformeerd en gehoord.

2. Als zodanige zaken van wezenlijk belang worden aangemerkt:

- Ingrijpende wijzigingen in statuten, programmabeleid en regelingen, voor zover deze wijziging betrekking hebben op het voorbereiden en samenstellen van het omroepprogramma;

-  Ingrijpende wijzigingen in het uitzendschema;

- Ingrijpende wijzigingen in de huisvestingsituatie;

- Overeenkomsten voor programmatische samenwerking met derden voor zover deze een andere incidenteel karakter hebben;

-  De benoeming van de hoofdredacteur, met inachtneming van het daaromtrent statutair bepaalde;

-  Wijzigingen in het programmastatuut, met inachtneming van het daaromtrent statutair bepaalde;

-  Ingrijpende wijziging in de samenstelling van het personeelsbestand;

-  Wijzigingen in techniek, voor zover deze ingrijpende gevolgen hebben voor de werkzaamheden van de programmamedewerkers.

-   Disciplinaire maatregelen ten aanzien van medewerkers.


3. Tijdig voordat de begroting van de Stichting Radio Rik Uithoorn wordt vastgesteld, wordt deze door het bestuur aan de redactieraad voorgelegdvoor wat betreft de posten die rechtstreeks betrekking hebben op de werkzaamheden van de programmamedewerkers. De redactieraad maakt zijn opmerkingen bij de begroting bekend aan het bestuur.

PERSOONLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID

Artikel 15.
1. Wanneer een programmamedewerker ernstige gewetensbezwaren heeft tegen een aan hem verstrekte opdracht in verband met een programma-onderdeel en hij zich niet kan neerleggen bij een door de hoofdredacteur ter zake te nemen of genomen beslissing, kan hij zich wenden tot de programmastaf om een uitspraak.

2. Wanneer de hoofdredacteur besluit ingrijpende wijzigingen aan te brengen of te doen aanbrengen in een programma-onderdeel, kan (kunnen) de betrokkenen programmamedewerker(s) verzoeken om het programma-onderdeel niet uit te zenden.Indien door de hoofdredacteur niettemin tot uitzending wordt besloten, zal het programma- onderdeel niet van naam van de betrokkenen programmamedewerker(s)         kunnen worden voorzien. Als de betrokken programmamedewerker(s) het niet met de genomen beslissing een is (zijn), kan (kunnen) de betrokken programmamedewerker(s) zich achteraf wenden tot de programmastaf met het verzoek om een uitspraak.


3. Wanneer de hoofdredacteur meent een uitspraak, zoals hierboven bedoeld, van de programmastaf niet te kunnen aanvaarden, maakt hij zijn standpunt gemotiveerd kenbaar bij de programmastaf.

4. Indien het bestuur van de Stichting Radio Rik Uithoorn ernstige klachten heeft over het gevoerde redactioneel beleid of over een of meer uitgezonden programma- onderdelen, dienen de hoofdredacteur en de betrokken leden van de programmastaf ter zake te worden gehoord. Als het bestuur daarna de klacht handhaaft, kan het maatregelen treffen. 

GESCHILLEN

Artikel 16.
Geschillen die naar aanleiding of in verband met dit programmastatuut of het redactioneel beleid mochten ontstaan, zullen - indien niet tot een onderlinge overeenstemming kan worden gekomen - worden voorgelegd aan een geschillencommissie. 

Artikel 17.
Deze geschillencommissie bestaat uit drie leden. Één aan te wijzen door de programmastaf, één door het bestuur en één door de programmastaf en bestuur gezamenlijk. 

Artikel 18.
De uitspraken van de geschillencommissie zijn voor alle betrokkenen bindend. 

WIJZIGING PROGRAMMASTATUUT

Artikel 19.
Wijzigingen van dit programmastatuut worden vastgesteld met inachtneming van hetgeen in artikel 12 en 15 van de algemene statuten van de Stichting Radio Rik Uithoorn wordt vermeld.